De bijstandsuitkering is bedoeld is voor inwoners die geen werk of ander inkomen hebben en daardoor onder de Participatiewet vallen. Zij kunnen een bijstandsuitkering krijgen. Ondernemers kunnen een uitkering via het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) krijgen. Deze uitkeringen zijn bedoeld om te voorzien in de minimale bestaansbehoeften. De bijdrage van het Rijk die we hiervoor krijgen beweegt mee met de ontwikkeling van het aantal mensen met een bijstandsuitkering in Nederland. |
---|
bedragen x € 1 miljoen
omschrijving | begroot lasten | begroot baten | realisatie lasten | realisatie baten | resultaat |
---|---|---|---|---|---|
personeel | 0,0 | 0,0 | 0,0 | ||
uitkeringen | 98,7 | 2,9 | 103,1 | 3,6 | -3,6 |
inkoop | 0,1 | 0,0 | 0,1 | ||
subsidieontvangst | 100,8 | 104,0 | 3,2 | ||
voorziening | 1,4 | 2,6 | 0,3 | -0,9 | |
totaal | 100,3 | 103,7 | 105,8 | 107,9 | -1,3 |
Zoals gemeld in de 4e kwartaalrapportage nemen we een verlies op van € 1,5 miljoen op de TOZO 2020
We moeten misschien € 1,5 miljoen terugbetalen aan het Rijk voor de tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers 2020. Het Zelfstandige loket Flevoland (ZLF) voert deze regeling voor ons uit. De accountant van het ZLF controleert of de uitvoering aan de voorwaarden voldoet. Zoals in onze programmarekening 2020 al gemeld heeft de accountant gerapporteerd dat er in 2020 voor € 0,7 miljoen aan fouten en € 0,8 miljoen aan onzekerheden waren. We dachten toen dat we dit geld wel zouden krijgen. Het ministerie heeft nu aangegeven dat zij deze kosten in principe niet vergoeden, en we dit dus moeten terugbetalen. Dat blijkt uit de regeling, maar een officiële beschikking hebben wij nog niet ontvangen. Die verwachten we halverwege 2022. Inmiddels heeft de accountant van het ZLF verder onderzoek gedaan. Hieruit blijkt dat de fouten en onzekerheden in 2020 veel kleiner waren. Het ministerie heeft aangegeven dat wij geen nieuwe verantwoording mogen aanleveren. Zodra we de beschikking ontvangen kunnen we bezwaar aantekenen. Wij zullen het ministerie dan vragen om de afrekening op basis van de nieuwe cijfers doen. We weten niet of dat bezwaar succesvol is. Daarom nemen wij nu, op advies van onze accountant, het hele bedrag als terugbetalingsverplichting op.
Op de uitvoering van de bijstand hebben we een nadeel van € 1,5 miljoen ten opzichte van de begroting
Bij de Programmabegroting 2022 dachten we dat we in 2021 totaal € 2 miljoen zouden overhouden op de bijstand. Dit hebben we toen in de begroting verwerkt. In werkelijkheid houden we € 0,5 miljoen over. Ten opzichte van de begroting is dit dus een nadeel van € 1,5 miljoen. Dit komt door:
a. € 0,8 miljoen lagere inkomsten uit terugvordering en verhaal: Door de coronamaatregelen zijn er minder huisbezoeken gedaan. Hierdoor zijn er ook minder fraudeonderzoeken afgerond en terugvorderingen opgelegd.
b. € 1,2 miljoen hogere loonkostensubsidie (LKS) : We geven in totaal € 1,2 miljoen meer uit aan loonkostensubsidie. Ongeveer € 0,6 miljoen komt doordat het gebruik van loonkostensubsidie wordt gestimuleerd. Belangrijke maatregel is de landelijke uniformering van werkprocessen. Hierdoor is het voor werkgevers makkelijker om mensen met loonkostensubsidie in dienst te nemen. Dit is een structureel effect die we vanuit de bijstandsuitkering moeten betalen. Hierdoor krijgen we vanaf volgend jaar ook meer geld. Dit komt omdat we op basis van de werkelijke uitgaven in 2021 geld krijgen voor de LKS in 2022.
€0,6 miljoen komt door een systeemwijziging in de uitbetaling van de LKS. We moeten vanaf 2021 wordt de LKS per maand uitbetalen. Tot 2021 deden we de uitbetaling achteraf per kwartaal. Hierdoor hebben we één kwartaal dubbele kosten. Dit is een eenmalig effect voor 2021.
c. € 0,2 miljoen lagere bijstandskosten : Dit heeft twee oorzaken:
- Er waren gemiddeld 5.360 klanten in 2021. We hielden rekening met 5.477 klanten. Hierdoor geven we € 1,7 miljoen minder uit (hoeveelheidsverschil)
- De gemiddelde kosten per klant zijn € 14.783. We hielden rekening met € 14.500 aan gemiddelde kosten. Hierdoor geven we € 1,5 miljoen meer uit (prijsverschil)
d. € 0,1 miljoen hogere inkomsten : i n oktober is het definitieve budget 2021 bekend gemaakt.
e. € 0,2 miljoen lagere kosten levensonderhoud zelfstandigen: Door de coronacrisis en de TOZO regeling maken minder zelfstandigen gebruik van de BBZ. Hierdoor zijn de kosten voor het levensonderhoud voor zelfstandigen ook lager. Bij de vierde kwartaalrapportage dachten we € 0,9 miljoen over te houden. Dit is € 0,2 miljoen geworden. Dit komt doordat sinds 1 oktober de toets op BBZ is verlicht, omdat de TOZO regeling toen is komen te vervallen. Hierdoor zijn de kosten hoger. Het is nog niet bekend of we hiervoor geld krijgen voor het Rijk.
We voorzien € 1,7 miljoen minder voor het niet terugbetalen van onterecht gegeven bijstandsuitkeringen
Het Rijk heeft besloten dat KOT-gedupeerden openstaande terugvorderingen voor bijvoorbeeld de bijstand niet hoeven terug te betalen. Het moet gaan om vorderingen die voor 1-1-2021 al open stonden. Wij hebben deze terugvorderingen kwijtgescholden. Dit kostte € 1,5 miljoen en is betaald uit de voorziening oninbaarheid. Na deze kwijtschelding zit er per eind 2021 € 0,3 miljoen te veel in de voorziening oninbaarheid. Dit valt vrij in de jaarrekening. Het Rijk compenseert deze € 1,5 miljoen aan KOT-kwijtscheldingen volledig. Het geld is dus niet nodig om de voorziening aan te vullen. In totaal is er dus voordeel van € 1,7 miljoen.